Als we een hond kiezen, doen we dat vaak op basis van uiterlijk. We vinden een dier mooi of schattig en willen het daarom graag in huis halen. Maar veel belangrijker is om te kijken of een bepaalde hond en zijn of haar aangeboren talenten ook bij jou passen. En dat wordt vaak vergeten.
Waarom is het nu zo belangrijk om de rasgroep en de oorsprong van een hond te kennen? Niet elke hond zal immers exact het gedrag vertonen dat zogezegd bij zijn ras hoort. Niet elke husky zal trekken aan de lijn en niet elke windhond zal achter elk konijn aangaan dat zijn zicht binnenhupst. Honden hebben uiteraard een elk als individu een eigen persoonlijkheid. Maar die dingen behoren wel tot hun aangeboren talenten.
De mogelijkheid tot het gedrag dat in hun genen gebakken zit, bevindt zich heel dicht onder de oppervlakte. Zie het als een zaadje. Het is er wel, maar je zal het pas merken als je het water geeft.
En net daar zijn wij mensen heel goed in. Niet elke beagle zal baknijd vertonen. Tot mensen op het idee komen dat ze zijn eten zonder problemen moeten kunnen afpakken of dat ze hun hand in zijn voeding moeten kunnen steken. Doordat er telkens gerommeld wordt met zijn eten, zal het aangeboren talent van de beagle om zijn voeding te beschermen snel boven komen.
Hetzelfde geldt voor een border collie die als puppy uren achter een balletje heeft aangerend. Daarmee krijgt zijn zaadje of aangeboren talent om achter bewegende dingen aan te rennen water. En zal het sneller tot uiting komen.
Een Duitse staande die tijdens de puberteit niet de kans krijgt om elk plekje uitgebreid te besnuffelen en verplicht wordt aan de voet te lopen, ziet zijn natuurlijke driften onderdrukt. Daardoor zal hij snel zijn zelfcontrole verliezen. Dat is nu eenmaal hetgeen waarvoor dat ras een aanleg heeft.
We houden als mensen dus te weinig rekening met de bestaansreden van onze honden. De dag van vandaag behandelen we hen allemaal als gezelschapshonden. Maar dat zijn de meeste niet. Als we dan toch zo een niet-huishond in huis halen, leggen we onze verwachtingen vaak veel te hoog.
Een dalmatiër zal snuffelen aan dat plein in de hondenschool, hoe vaak je hem ook op zijn kop geeft, daar is hij voor gemaakt. Om diezelfde reden zal een husky trekken aan de lijn, zal je teckel een put graven in je tuin, zal je toller je kippen dood bijten en kan je met die buitenlandse hond niet gezellig een terrasje doen.
Die honden zijn daar niet voor gemaakt. Met geduld en kennis kan je veel bereiken. Maar als ik de vraag krijg hoe je dat soort zaken kan afleren, dan is het antwoord niet. Je kan het hoogstens in goede banen leiden. Die hond is wie hij is, onze verwachtingen als mens veranderen daar niets aan.
En natuurlijk zijn dit algemeenheden en ik weet zeker dat wel iemand zal roepen dat zijn border collie nooit naar een bal kijkt of dat zijn jachthond wel netjes naast hem loopt in het bos. Maar dat is niet het punt van deze uitleg. Het punt is wel dat we geen onrealistische verwachtingen mogen hebben van onze honden. En dat bij de keuze van een nieuwe beste vriend het karakter en hoe goed jullie bij elkaar passen zwaarder zou moeten doorwegen dan uiterlijk.
Want een gelukkige hond is een gelukkige verzorger en dat is altijd het doel.
Pootje!
Annelies en Kibo
Zit je met vragen? Ik sta altijd klaar om te helpen met een gratis telefonische introductiebabbel.
Meer leren over hondengedrag? Dat kan met de gratis audiocursus: https://hondeninnesten.be/gratis-audiocursus/